Marita de Sterck – Kwaad bloed (1e recensie)
Over het verhaal
‘Wie slaapt? En wie is wakker?’
Sliep ik of droomde ik met wijdopen ogen?
‘Emma, waar zit je?’ vroeg mijn moeder een keer of honderd per dag, terwijl ze met haar vingers voor mijn ogen knipte. ‘Wie te veel droomt groeit niet meer.’
Maar het was niet mijn moeders stem die vroeg wie wakker was. Waar was ik? Thuis lag zus naast me in het grote bed, thuis kon ik vanuit ons bed het raam zien, thuis stonken de dekens niet naar zure melk.
‘Niemand slaapt hier de eerste nacht.’
Ik wist niet wie de woorden fluisterde, maar ze had wel gelijk. Ik was niet de enige die probeerde om geluidloos haar neus te snuiten. Links en rechts van me piepten en kraakten andere bedden, kuchten en zuchtten andere mensen. Veel bedden, veel mensen.
Het begon me te dagen: kostschool, slaapzaal, tachtig meisjes, elk meisje in een hokje. Chambrettes noemde ze die hokjes hier, kleine kamertjes. Dat klonk mooier dan het was: geen echte muren of plafond, maar vier houten wanden, geen raam of deur, maar een opening met een dun gordijn ervoor.
Vanonder de dekens gluurde ik naar boven. Boven de houten scheidingswand wiebelde een hoofd. (blz. 5)
We zijn in het midden van de jaren 50 van de vorige eeuw. Emma’s zus is ziek geworden en daarom wordt Emma door haar ouders naar een kostschool gestuurd. Het is een kostschool die geleid wordt door nonnen. De nonnen vertellen de meisjes wat goed en slecht is, en wat ze wel en niet mogen doen.
‘Meneer Dekempeneer, vanaf vandaag kunt u op uw twee oren slapen. Voor jonge meisjes is er geen veiliger plek op aarde,’ verzekerde ze. ‘Hier kan Emma niets overkomen.’
Vader zuchtte opgelucht: ‘Mijn jongste is zo klein en zo onwetend. Ze gelooft nog echt in sprookjes.’
Zuster Josepha bekeek me van top tot teen. ‘Zoals uw dochter werd afgeleverd, braaf en gaaf, zo krijgt u haar weer terug. En wat die sprookjes betreft: die lijken onschuldig, maar ze leiden tot intellectuele zwakte en al te veel nutteloze opwinding. We leren haar hier wel passender verhalen.’ (blz. 10)
Emma wil dolgraag naar huis, of anders dat haar ouders haar een keertje komen op zoeken. Ze voelt zich eenzaam. Ze mist haar zus en haar ouders. Het enige waar Emma blij van wordt is het luisteren naar de verhalen over allerlei heiligen.
Daar werd ik elke keer zo warm en blij van. Ik wou zo graag geloven dat hun lichamen meer dan duizend jaar lang gaaf konden blijven. Hoe bloederig de verhalen over de maagden en martelaressen ook waren, ze stelden me ook gerust. Als er meisjes waren die zelfs heilig bleven in een bordeel met honderd wellustige mannen, dan zou het met mijn zondige gedachten, en met de zondige activiteiten van mijn zus misschien nog niet zo vreselijk aflopen. Ik wou zo graag geloven dat het allemaal goed zou komen, dat vader me nu gauw zou komen halen: ‘Zus is beer, Emma, kom mee naar huis.’ (blz. 79)
Ondertussen maakt Emma vriendinnen en met een groepje meisjes vertellen ze elkaar ‘s avonds in het donker verhalen. Soms spannende verhalen, soms verhalen waar de meisjes het warm van krijgen, verhalen over leuke mannen. Emma wordt verliefd op de tuinman.
Vorig weekend hadden Julia, Berta en ik de halve zaterdag en de hele zondag in de boekenklas doorgebracht, terwijl de anderen weer naar huis waren. Opnieuw had vader op het laatste nippertje gebeld om te zeggen dat zus weer wat zieker was geworden. Ik wou dat hij mij naar de telefoon liet roepen. Ik wou dat moeder eens belde, of op bezoek kwam. Ik wou dat zus een brief schreef. Wel duizend brieven had ze aan Jef geschreven, maar haar eigen zus kreeg er niet één. (blz. 84)
Emma krijgt maandenlang geen bezoek van haar familie. Ze bedenkt een plan om te ontsnappen en naar ze op zoek te gaan. Zeker nu haar zus nog steeds ziek is wil Emma haar graag opzoeken. Inmiddels heeft Emma het vermoeden dat haar zus niet zomaar ziek is en dat het misschien iets te maken heeft met de jongen waar haar zus verliefd op is…
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Heb je het boek uitgelezen?
Ja
Wat vind je van het boek?
★★☆☆☆
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het leek mij interessant. Daarom heb ik het voor 1 euro gekocht bij de bieb in Rotterdam
Welke steekwoorden passen bij het boek? (bijvoorbeeld grappig, spannend, saai)
saai, zielig
Hoe kom je aan het boek? (bijvoorbeeld van jezelf, van iemand anders, van de bieb)
Voor 1 euro bij de bieb gekocht
Zitten er plaatjes in het boek? Zijn ze belangrijk voor het verhaal of is het meer versiering?
Nee
Wat vind je leuk aan het boek? Je kunt bijvoorbeeld een voorbeeld geven van een leuk stukje uit het boek
Ik vond het leuk dat het zich in het verleden afspeelt
Wat vind je niet leuk aan het boek?
Het verhaal is saai en ik kon me niet inleven in het verhaal. Ik vond de bijeenkomsten van de meisjes niet interessant en daaruit bestaat een groot deel van het boek. Ik vond de meisjes erg grof praten en dat was volgens mij niet nodig voor het verhaal.
Wat vond je van de hoofdpersonen in het boek?
Emma is een meisje dat haar best om zich een plaats te verwerven op de kostschool. Ze mist haar familie erg en besluit, als ze haar niet komen op zoeken, om dan zelf bij hen op bezoek te gaan.
Wat wil je nog meer vertellen over het boek?
Niets
Is het boek moeilijk of gemakkelijk om te lezen?
moeilijk
Zitten er veel moeilijke woorden in het boek?
Nee
Wil je het boek nog een keer lezen?
Nee
Aan wie zou je dit boek aanraden? (bijvoorbeeld kinderen van jouw leeftijd, jonger, ouder, jongens, meisjes)
Dat is moeilijk, maar ik denk aan meisjes van een jaar of 14 die willen weten hoe het vroeger was op een meisjeskostschool