Lydia Rood – Niemands meisje (2e recensie)
Haar beste vriendin is bezorgd om haar, maar Liesbeth vindt dat maar overdreven. Zo gek is haar wereld toch niet? Je vader die feesten geeft tot in de late uurtjes met veel drank, terwijl je moeder alleen op een kamer zit. Dat alle jongens van de school denken dat je gemakkelijk het bed in te praten bent. Er zijn toch wel ergere dingen in de wereld? Tot dat er iets gebeurt waar zelfs Liesbeth van snapt dat het niet kan, iets wat zo erg is dat er misschien wel iemand dood kan gaan. Zal iemand Liesbeth hierna ooit nog begrijpen?
Over het verhaal
Transcriptie van de opname van het eerste gesprek Judith Groen met cliënt 463
Liesbeth xxxxxxxxxx
16 februari 20xx… stond ik op het punt om te springen.
Ja, en?
Dat soort dingen wilt u toch horen? Mij best. Ik heb nog meer van zulke vragen. Vraag maar raak.
Wacht even, de recorder stond nog niet aan. Kun je het nog eens vertellen?
Nee, want het ging niet door. Ik hoorde voetstappen achter me en toen kon het niet meer. Dat was het. U krijgt vast wel ergere dingen te horen, maar zo ging het die eerste keer. Ik kan het niet spannender maken.
Zou het spannender moeten zijn?
Denk het wel. Toch? Waarvoor zit ik hier anders?
Zeg jij het maar.
Ik zie hier sowieso de zin niet van in, eerlijk gezegd. Waarvoor moet dit?
Het is het normale onderzoek in zulke gevallen.
Wat valt er te onderzoeken? Met mij is niks aan de hand. Even de weg kwijt, is dat nou zo… Iedereen is weleens even de weg kwijt, toch? Behalve mijn zogenaamde beste vriendin dan. Die al schrikt als iemand een boer laat.
Nee, serieus: ik snap niet waar dit gedoe voor nodig is. Honger, oorlog, ellende, kinderen op de vlucht, kinderen mishandeld, verkracht, weet ik veel – en jullie springen met z’n allen boven op mij. Slaat nergens op.
Zou je liever doen alsof er niets gebeurd is?
Maar er ís toch niets gebeurd? Er is niets gebeurd. Wat is de big deal? (blz. 7)
Liesbeth is 15 jaar. Er is iets gebeurd waardoor ze gesprekken met een therapeut heeft. Liesbeth zelf vindt dat er eigenlijk niets aan de hand is. Ze krijgt als opdracht mee dat ze haar verhaal op moet schrijven.
Ik ga dus echt niet alles vertellen. Voor de zekerheid schrijf ik dit maar op, dan flap ik het er niet uit. Ze kijkt aardig, die Judith Groen, ook al heeft ze trucjes waar ik niet in trap. Iedere vraag terugspelen, duh, alsof ik niet snap wat ze zit te doen. Ik weet best wat ze wil horen, ze maakt omtrekkende bewegingen om me de val in te lokken. Zodra ik me verspreek, grijpt ze me bij mijn nekvel.
Het kan me niet schelen dat ze me doorheeft, maar ze hoeft gewoon niet alles te weten. Hell, ik vertel sommige dingen niet eens aan mijn moeder. (blz. 17)
Tijdens een volgende sessie geeft Liesbeth aan dat ze wel een praatgroep zou willen, met mensen zoals zij, zodat ze zich niet zo’n uitzondering voelt. Judith, haar therapeut, vindt zo’n lotgenotengroep voor haar.
Chill: ik ben dus niet de enige gek op de wereld. Eigenlijk vind ik Lars en Bonnie niet eens zo raar. En Stef – wat is er in hemelsnaam mis met Stef? Misschien is hij soms té redelijk. Een beetje zoals een meisje. Tyra is gewoon dwars en Redon is bijna schattig met zijn stoere gedoe waar niemand in trapt. Alleen Zendelyn is een raadsel. Waarom zegt ze niks?
Waarom zitten ze in deze groep? Wat hebben ze gedaan? Hetzelfde als ik? Hebben ze allemaal zo’n ‘incident’ achter de rug, of zijn sommigen alleen maar ontspoord? Ik durf het niet te vragen. Ze zijn er allemaal al langer bij, ze zouden me voor dom aanzien.
Van mij willen ze het ook weten. Ze zitten te vissen. Wat is er met Liesbeth, wat is er gebeurd? Maar ze moeten eerst zelf maar met de billen bloot. Ik heb het er al niet eens over met Judith. Ik ga dat echt niet zomaar in de groep gooien. Die Redon zou er meteen bovenop springen. Enge jongen, die Redon. En Sam is zo iemand die er met je verhaal vandoor gaat. Als ik haar bezig hoor, begrijp ik ineens precies wat Ellis bedoelt als ze zegt dat ik haar niet moet overvleugelen.
Maar ja, tussen Ellis en mij zal het ook wel niet meer goed komen. (blz. 75)
Liesbeth heeft geen goede band met haar moeder. Dat komt ook duidelijk naar voren tijdens een therapiesessie waar haar moeder ook bij is.
Weet jij daarvan, Hella?
Waarvan?
Dat Liesbeth de gewoonte heeft om zichzelf te snijden?
Nee. Nee, dat heeft ze me niet verteld.
Je zou de wondjes gezien kunnen hebben. Ze heeft er ook littekens van.
Die heb ik dan gemist. Ik heb het erg druk, mijn werk is intensief en de tweeling vraagt veel aandacht.
-Je vergeet Ferdi nog! Je weet alles van hém, tot de laatste pukkel op zijn kont.
Zie je, Judith? Zo praat ze.
Maar ga er eens op in?
Er valt niets over te zeggen. Ik wist het niet. Hopelijk is het nu over, hopelijk helpt de therapie. Misschien hadden we veel eerder hulp voor haar moeten zoeken.
Maar dat is nooit gebeurd.
Ze is nu toch in behandeling.
Dat is in gang gezet door de vertrouwensarts.
Ja. Afijn, laten we hopen dat het nu goed komt met haar.
Kun je dat definiëren? Wat is ‘goed’ volgens jou?
Nou, dat ze niet meer van die afschuwelijke dingen doet. Dat ze tot rust komt. Zichzelf pijn doen, anderen aanvallen, het hoort er allemaal bij.
-Hallo! Ik zit er ook bij!
Onmogelijk voor haar omgeving. En natuurlijk ook voor haarzelf.
Momentje nog, Liesbeth. Ik wil eerst helder krijgen wat Hella bedoelt. Het hoort er allemaal bij, zeg. Waarbij precies?
Nou, bij haar karakter. Dat heftige. Dat had ze als klein kind al, ik kon haar nog geen luier omdoen. Altijd dwars, altijd protesteren. Dat waren verschrikkelijke toestanden, ze klom tegen de muren op.
Wat deed dat met jou?
Met mij? Ik wist niet wat ik ermee aan moest. Er was geen land mee te bezeilen.
-Waarmee? Met het monstertje?
Wat deed het met je? Wat voor gevoel had je erbij?
Het gaat nu toch om Liesbeth?
Zou je kunnen proberen de vraag te beantwoorden?
Ja. Kun je hem nog een keer stellen? (blz. 83)
Wat heeft Liesbeth gedaan waarom ze in therapie moet? Waarom reageert haar moeder zo onverschillig? Komt het weer goed met Liesbeth?
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Hoe kom je aan het boek?
Geleend bij de bibliotheek
Wat vind je van het boek?
★★★★☆
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant, Ik vond de tekst op de achterkant leuk, dit boek is genomineerd voor Gouden Lijst 2018
Welke steekwoorden passen bij het boek?
fascinerend, geheimzinnig, ontroerend, zielig
Staan er illustraties in het boek? Wie heeft ze gemaakt?
Nee
Wat vind je van de illustraties? Passen ze bij het verhaal?
n.v.t.
Is het boek moeilijk of gemakkelijk te lezen?
Gemiddeld
Waar gaat het verhaal over?
Zie hierboven
Wie is de hoofdpersoon?
De hoofdpersoon is Liesbeth
Zou je iemand uit het verhaal willen ontmoeten? Waarom? En wat zou je dan gaan doen?
Ik zou Liesbeth willen vertellen dat ze niet gek is en haar het gevoel geven dat ze het waard is om tijd mee door te brengen. Ik zou Hella graag willen vragen waarom ze niet doorheeft dat Liesbeth aandacht van haar wil.
In welke tijd speelt het verhaal zich af?
Nu
Waar speelt het verhaal zich af?
Het verhaal speelt zich af bij een therapeut en in een lotgenotengroep
Waarom moeten anderen dit boek lezen?
Het is een treurig verhaal over een tienermeisje die geestelijk verwaarloosd wordt en daardoor aandacht zoekt (en krijgt) door boos te worden
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Ik ben benieuwd hoe het na het eindigen van het verhaal met Liesbeth gaat
Wil je het boek nog een keer lezen?
Ik wil het boek misschien nog een keer lezen, Ik wil andere boeken van deze schrijver lezen