Mette Eike Neerlin – Paard paard tijger tijger (1e recensie)
Het leven van Honey is al gecompliceerd genoeg met haar chaotische familie. Thuis draagt ze (mede) de zorg voor haar gehandicapte zus en voor het huishouden en wil ze het iedereen naar de zin te maken. Ze probeert om niet op te vallen en geeft nooit tegenspraak. Als haar op een dag gevraagd wordt, terwijl ze bij de bushalte slentert, of ze met de bus mee moet, antwoordt ze vanzelf “ja’. En ze zegt ook ‘ja’ op de vraag of zij Karen is die als laatste verwacht wordt op de cursus Chinees. En op de vraag of zij de kleindochter is die Marcel in het hospice komt opzoeken. Zo komt ze in onmogelijke situaties terecht, maar sluit ze ook vriendschap met de terminaal zieke Marcel. Marcel laat haar zien dat ze zelf keuzes mag maken en haar eigen pad kan kiezen. Op haar beurt helpt Honey Marcel om zich te verzoenen met zijn verloren dochter.
Over het verhaal
Laat me je vertellen hoe het zit. Mijn moeder heeft niet bepaald geluk met haar kinderen gehad.
Nu denk je vast meteen: ‘Ah, zal wel’ en ‘doe nou niet zo bot tegen jezelf’, maar het klopt. Want: eerst kwam Mikala, met een hersenbeschadiging, ze renden constant naar onderzoeken en bijeenkomsten – en doen dat overigens nog steeds, ook al is Mikala vandaag negentien geworden. Toen ging Mikala’s vader, Bjarke, ervandoor, naar Nederland, en ontmoette mijn moeder mijn vader, en toen kwam Honey, ik dus. Met een hazenlip en ontelbare operaties en eten dat in mijn neus ging zitten toen ik klein was.
Ik leek eerlijk gezegd een monster. Bepaald niet de schattige, mooie, roze baby waar de meeste mensen van lopen te dromen. en ook al ben ik er goed van afgekomen, vergeleken met veel anderen met een hazenlip, je kunt er niet omheen dat ik niet al te knap ben om te zien. Eigenlijk precies het tegenovergestelde. Mijn neus is plat en scheef, mijn bovenlip is groot en zit onder de littekens. Mooi word ik nooit. Zo is het gewoon. (blz. 5)
Honey is 12 jaar en woont in Kopenhagen. Haar ouders zijn uit elkaar en ze ziet haar vader niet vaak. Eigenlijk alleen als hij geld van haar wil lenen. Honey kan moeilijk ‘nee’ zeggen en dat zorgt ervoor dat ze in vreemde situaties terecht komt. Zo gaat ze op een dag na schooltijd naar school omdat ze haar passer heeft laten liggen en die heeft ze die avond nodig. In het lokaal zit een groepje volwassenen.
De passer lag op een tafel in de hoek het verst weg, maar ik had hem echt nodig, dus ik dacht dat ik best even stiekem naar binnen kon glippen om hem stilletjes en rustig weg te pakken.
Toen ik ongeveer halverwege het lokaal gekomen was, zei de vrouw bij het bord plotseling: ‘Ah, dan moet jij dus Karen zijn?’
Ik besefte ineens dat iedereen naar me keek, en ik stopte.
‘Eh, ja,’ zei ik om de een of andere duistere reden.
Misschien had ik in een flits het idee dat het makkelijker zou zijn om het laatste stukje naar de passer af te leggen als ik Karen heette en geen Honey.
‘Wees welkom en ga zitten,’ zei de vrouw. ‘We zijn pas net begonnen.’
Het bleek dat ik bij een avondschoolklas – Chinees voor beginners – was beland. Alle andere deelnemers waren volwassenen, en ze waren wild enthousiast over mij, omdat ik nog zo jong en tegelijkertijd zo in taal geïnteresseerd was, zeiden ze.
In tweeën half uur leerde ik ‘goedendag’ (ni hao) en ‘hoe heet jij?’ (ni jiao shenme mingzi?) zeggen. We oefenden om de woorden helemaal op de correcte manier uit te spreken, wat absoluut niet makkelijk was. Daarna vertelde de lerares over verschillende Chinese spreekwoorden en uitdrukkingen. Zo was er een uitdrukking die ‘mama huhu’ luidde, wat eigenlijk ‘paard, paard, tijger, tijger,’ betekent, maar de Chinezen gebruiken het voor iets wat niet echt goed is, maar wel erger had kunnen zijn. Mama huhu. Ik schreef het op een stukje papier, want ik vond het een goeie uitdrukking.
Bijna non-stop staarde ik vanuit mijn ooghoek naar de passer in de hoek, en het lukte me uiteindelijk dan ook om hem mee naar huis te nemen, al was de manier waarop wat omslachtig. Eén geluk was wel dat Karen niet opdook. (blz. 20)
Zo stapt ze op een dag in de verkeerde bus en als ze uitstapt wordt ze voor een ander meisje aangezien. Ze loopt met deze persoon mee en komt in een hospice terecht, een soort ziekenhuis. De verpleger denkt dat zij de dochter is van een ernstig zieke man. Honey durft niet te zeggen dat hij haar voor iemand anders aan ziet en dus gaat ze bij de man op bezoek. Het is best gezellig en ze gaat een paar dagen later weer bij hem op bezoek.
Haar zus Mikala vindt het leuk om grapjes te maken over Honey en ze heeft zich herinnerd dat ze Honey vroeger ‘schetenprinses’ noemde. Ze vind het ontzettend grappig om dat nu weer te doen. Helaas voor Honey hoort Philip, een jongen uit haar klas, dat en die maakt daar de rest van de dag grapjes over.
Terwijl ik daar met mijn voet over de stoeprand stond te schrapen, kwam Philip uit onze klas aanlopen, precies op tijd om Mikala te horen roepen: ‘Bye bye, Schetenprinses’, voor zij en mama in de auto de hoek om verdwenen. Dát, plus de stank van mijn schoen toen ik de klas in kwam, zorgde ervoor dat hij mij de hele dag voor niets anders uitmaakte dan ‘schetendinges’, ook al bleven alle meisjes erop hameren dat hij zijn reet moest houden.
Het was gewoon plat en idioot, dat weet ik goed. Maar hoeveel meisjes in de brugklas vinden het serieus grappig? Ach, ik lachte gewoon met hem mee en deed alsof het echt creatieve vondsten waren. Op die manier gaan dat soort dingen het snelst over.
Het is overigens niet zo dat ik normaal gesproken iemand ben die wordt geplaagd. Ik ben erg goed in om zo’n beetje met alles mee te doen en vrienden te zijn met iedereen zonder iemand voor te trekken. Zo ontkom ik doorgaans aan de meeste ongein.
Philip krijgt daarentegen de prijs voor de meest irritante jongen van de klas. Hij heeft altijd een grote bek, ook als hij geen idee heeft waar hij over praat, en als hij lacht, lijkt hij net een ezel en klinkt ook zo. Hij heeft van die iets te ver vooruitstekende voortanden, die hij meestal met zijn lippen probeert te verbergen. Daardoor ziet hij er nogal komisch uit en moet ik altijd aan Tommy uit de Pippi Langkous-films denken – afgezien van het feit dat Philip uitsluitend in zwarte kleren rondloopt, wat er overigens ook niet uitziet. Maar het ergste aan hem is wel dat als hij mij met zijn grote domme bruine ogen aankijkt, ik mijn hoofd moet aanwenden. Ik ben al sinds groep vier verliefd op hem. (blz. 40)
Maar dan nodigt Philip haar uit voor zijn verjaardagsfeest. Meent hij dit of is het een grapje? Zal Honey durven te gaan? Hoe gaat het met de man waar Honey op bezoek gaat? Blijft Honey de Chinese les volgen?
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Hoe kom je aan het boek?
Geleend bij de bibliotheek
Wat vind je van het boek?
★★★☆☆
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Ik vond de tekst op de achterkant leuk, dit boek is een van de genomineerde boeken voor Gouden Lijst 2018
Welke steekwoorden passen bij het boek?
fascinerend, saai, zielig
Staan er illustraties in het boek? Wie heeft ze gemaakt?
Nee
Wat vind je van de illustraties? Passen ze bij het verhaal?
n.v.t.
Is het boek moeilijk of gemakkelijk te lezen?
Gemiddeld
Waar gaat het verhaal over?
Zie hierboven
Wie is de hoofdpersoon?
De hoofdpersoon is Honey
Zou je iemand uit het verhaal willen ontmoeten? Waarom? En wat zou je dan gaan doen?
Nee, ik wil niemand ontmoeten
In welke tijd speelt het verhaal zich af?
Nu
Waar speelt het verhaal zich af?
Het verhaal speelt zich af in Kopenhagen
Waarom moeten anderen dit boek lezen?
Het is een verhaal over een meisje met een chaotische familie die geen ‘nee’ kan zeggen en daardoor in bijzondere situaties terecht komt
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Dit boek is genomineerd voor Gouden Lijst 2018
Wil je het boek nog een keer lezen?
Nee, ik wil het boek niet nog een keer lezen