Antonia Michaelis – De sprookjesverteller (1e recensie)
Abel Tannatek is een jongen om wie je maar het beste met een grote boog heen kunt lopen: asociaal, een spijbelaar en een drugsdealer. Anna is dan ook hoogst verbaasd als ze hem op een dag met een klein meisje ziet – en hem aan dat meisje een prachtig sprookje hoort vertellen. Anna wordt op slag verliefd op deze mysterieuze jongen die twee kanten lijkt te hebben. Langzaam maar zeker weet Anna Abel te ontdooien en toegang te krijgen tot zijn hart en dat van zijn zusje Micha. Ze wordt gevangen door het sprookje over de kleine koningin. Maar het sprookje wordt steeds zwarter – en als er doden in het verhaal vallen, duikt ook in de werkelijkheid het eerste lijk op… Wat is er waar van het sprookje en wie is Abel echt?
Over het verhaal
Bloed.
Overal zit bloed. Aan zijn handen, aan haar handen, op zijn shirt, op zijn gezicht, ook de tegels zijn besmeurd met bloederige strepen, op het ronde kleedje zit bloed, het trekt erin, donker, bijna zwart, het kleed was ooit blauw, maar zal nooit meer blauw.
Op het wit van de tegels is het bloed rood. Hij knielt in het bloed. Hij wist niet dat het zo rood is, zo felrood: grote neergevallen, opengebarsten bloeddruppels als klaprozen. Ze zijn mooi, mooi als een lentedag op een zonnige weide, verderop bij het bos… De lente is ver weg. De tegels zijn koud en wit, wit als sneeuw, en het is winter.
Het zal eeuwig winter blijven.
Onzinnige gedachte, waarom zou het altijd winter blijven?
Hij moet iets doen, iets tegen het bloed. Een zee van bloed, een rode, eindeloze zee, purperen golven, karmozijnrode schuimkoppen, opspattende kleur. Al die woorden in zijn hooft!
Hoelang zit hij daar nu al, met die woorden in zijn hoofd? het rood begint op te drogen, randen te krijgen, iets van zijn schoonheid te verliezen, de klaprozen verwelken, vergelen als de woorden wanneer je ze op papier zet.
Hij sluit zijn ogen. Verman je. Denk nu in de goede volgorde. Wat moet er gedaan worden? Wat als eerste? Wat is het belangrijkste?
Het belangrijkste is dat niemand iets merkt. (blz. 9)
Anna zit in het laatste jaar van de middelbare school. Ze is druk met de voorbereidingen voor het examen. Bij haar in de klas zit een jongen die door iedereen de Poolse straatventer wordt genoemd. Anna vindt hem fascinerend, maar kent hem verder niet. Daar komt verandering als Anna op een dag een pop vindt…
Ze zou de pop nooit hebben gevonden als ze niet op Bertil had gewacht. Ze zou de pop nooit hebben gevonden als ze niet al haar spullen uitgepakt had om het papier voor Bertil te zoeken en als daarbij niet haar potlood onder de bank was gerold en als –
Anna bukte zich om het potlood op te rapen.
En daar lag de pop.
Ze lag helemaal achteraan bij de muur, tussen stofnesten en kauwgumpapiertjes, een beetje verloren. Anna probeerde de bank van de muur af te schuiven. Hij was te zwaar. Onder de doorgezeten kussens moest de bank wel van steen zijn, een marmeren bank, of een bank vol zwarte gaten zoals in de ruimte, met een gigantisch gewicht. Ze ging op haar buik liggen, strekte haar arm uit, greep de pop vast en trok haar eronderuit. Heel even was ze alleen met de pop, toen kwamen de anderen binnen. Ze zat in het stof voor de bank met de pop op haar schoot en keek naar haar, en het leek wel alsof de pop haar blik beantwoordde. Ze was zo groot als Anna’s hand, licht, en helemaal van stof. In het gezicht tussen de donkere vlechtjes waren twee blauwe ogen gestikt, een rode mond en een klein neusje. De pop droeg een korte gebloemde jurk – blauwe bloemen op een witte ondergrond – waarvan de zoom een beetje rafelde, en een soort broekje dat iemand die niet zo goed kon naaien uit een oud stuk spijkerstof gemaakt had. De bloemen op de korte jurk waren bijna helemaal verbleekt, een verdwenen tuin, alleen nog de suggestie van een tuin. De blauwe ogen van borduurgaren waren afgesleten, alsof ze al te veel gezien hadden, ze keken moe en een beetje bang. Anna verwijderde de stofnesten uit het haar van de pop.
‘Waar kom je vandaan?’ fluisterde ze. ‘Wat doe je hier? Welk kind is jou kwijtgeraakt?’
Zo zat ze op de grond toen de eerste golf leerlingen binnenstroomde, en ze had heel even het vreemde gevoel dat ze de pop tegen hun blikken moest beschermen. Dat was natuurlijk onzin. (blz. 16)
De pop blijkt van het zusje van de Poolse straatventer te zijn. Tenminste, dat is wat hij zegt als hij de pop van haar overneemt. Anna besluit hem naar schooltijd te volgen. Ze ziet dat hij een 6-jarig meisje van school haalt en samen naar de mensa gaan om chocolademelk te drinken. Anna gaat stiekem vlakbij aan een tafeltje zitten. Daar hoort ze dat hij zijn zusje een sprookje vertelt. Anna raakt geïntrigeerd door het verhaal. De dagen erna blijft ze hem volgen. Langzaam maar zeker raakt ze bevriend met hem. Hij heet Abel en zusje heet Micha. Elke keer vertelt hij een nieuw stuk van het sprookje. Maar het sprookje lijkt steeds meer te maken te hebben met de werkelijkheid. Waarom mag Anna niet bij hen thuis komen? Waarom beschermt Abel zijn zusje zo? Hoe zal het sprookje aflopen?
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
1. Wat vind je van het boek?
★★★★☆
2. Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
ik heb het boek van de uitgeverij gekregen om er een recensie over te schrijven
3. Waar gaat het verhaal over?
Het verhaal gaat over Anna en Abel. Anna wordt verliefd op Abel, als ze stiekem luistert naar het sprookjesverhaal dat hij aan zijn zusje Micha vertelt. Anna vindt het verhaal zo fascinerend dat ze hen vaker probeert af te luisteren. Het verhaal wordt steeds donkerder en spannender. Het sprookje lijkt met de werkelijkheid te maken te hebben…
4. Wie is de hoofdpersoon?
Anna
5. Zou je iemand uit het verhaal willen ontmoeten? Waarom? En wat zou je dan gaan doen?
Ik wil Micha, het zusje van Abel ontmoeten, omdat ze volgens mij een leuk meisje is. Ik wil dan natuurlijk chocolademelk drinken en koekjes eten. En ik wil wel een stukje van het sprookje horen
6. In welke periode speelt het verhaal zich af?
in het heden
7. Hoe lang duurt het verhaal?
het verhaal speelt zich in de wintermaanden af
8. Waar speelt het verhaal zich af?
het verhaal speelt zich af in Eldena, een dorp in het noorden van Duitsland. De belangrijke momenten spelen zich af op de middelbare school, bij Anna thuis en bij Abel thuis
9. Waarom moeten anderen dit boek lezen?
Het is een sprookjesachtig en verrassend verhaal, dat steeds spannender wordt. Terwijl Abel het sprookje aan zijn zusje Micha vertelt wordt het verhaal duisterder doordat er mensen dood worden gevonden. In het hele verhaal zit een onderhuidse spanning waardoor je wilt doorlezen tot het einde.
10. Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Nee
11. Wil je meer boeken van deze schrijver lezen?
Ja