Joke Eikenaar – De vloek van Voorst (1e recensie)

Zwolle, mei 1361. Roofridder Zweder van Voorst, heer van kasteel De Stins van Voorst, is de grote schrik van de omgeving. Als de vijftienjarige Meike op een ochtend door de ridder hard onderuit wordt getrapt, verstuikt ze haar pols. Voorlopig kan ze enkel geiten hoeden. Tijdens de zwerftochten met de kudde raakt ze bevriend met Jorrik, dertien jaar en zoon van een wethouder. Op verzoek van Meike, die naar meer vrijheid snakt, leert hij haar lezen en polsstokspringen. Ondertussen maken de Zwollenaren en de bisschop Jan van Arkel plannen om de roofridder een toontje lager te laten zingen. Als Zweder dat in de gaten krijgt, steekt hij woedend en gefrustreerd Zwolle in brand. De oorlog die volgt zuigt langzaamaan iedereen mee. Ook Jorrik en Meike. Meike wordt gevangengenomen en op het kasteel tewerkgesteld als keukenmeid. Tijdens het beleg ontsnapt ze via een takelwerktuig over de gracht, en lukt het haar, samen met Jorrik en Van Arkel, het water binnen de Stins te vergiftigen, waardoor de overwinning een feit is.

ikvindlezenNIETleuk meer info over boek

Over het verhaal

Het ging allemaal zo snel!
Er was geschreeuw en een gil ergens op de weg achter haar weg. Meike deed een poging zich om te draaien om te kunnen zien wat er aan de hand was. Met het zware juk op haar schouders, waaraan aan beide uiteinden een emmer vol vers water hing, ging dat maar langzaam. Op het moment dat ze haar gezicht richting het geluid kon wenden, was er meteen een zwart gevaarte voor haar verschenen en trilde de grond onder dreunende paardenhoeven.
‘Ja! Uit de weg! uit de weg!’ schreeuwde een mannenstem.
Voor ze wist wat er gebeurde, stak de ruiter zijn been naar voren en haalde uit. Hij stootte Meike met enorme kracht tegen haar schouder. Ze smakte zijwaarts tegen de grond; de achterbenen van het paard ontweken haar net. Het juk viel van haar schouders en de houten emmers stuiterden over de straat. Het water spatte alle kanten op. Ook over Meike heen. Ze zag hoe de ruiter omkeek, zonder vaart te minderen. Hij en zijn metgezellen, eveneens te paard en met hetzelfde tempo, verdwenen bulderend van het lachen uit het zicht. Een paar tellen lag Meike onbeweeglijk op de harde grond, terwijl ze probeerde zich een beeld te vormen van wat haar zojuist was overkomen. Toen kwam de pijn. Haar hoofd, haar pols… Het brandde, die pols. Ze greep ernaar en stootte een kreet uit. Toegesnelde omstanders bogen zich over haar heen. (blz. 11)

Meike is gewond, maar veel vervelender is het dat het water uit de emmers op de grond stroomt. De ene emmer heeft een barst. Als Meike door buurman Sieger thuis wordt gebracht is haar moeder niet blij. Eigenlijk wil ze dat Meike opnieuw water gaat halen, maar ze kan nauwelijks lopen. Gelukkig kan haar broertje dit wel doen. De volgende dag wordt ze wakker met veel spierpijn. Ze kan haar pols nauwelijks gebruiken, maar gelukkig heeft Sieger een idee. Meike mag voorlopig zijn geiten hoeden. Meike is dolblij, want dat betekent dat ze de stad uit mag en mag ronddwalen langs de rivier.

Herre liep opnieuw naar de keuken. De woorden van ridder galmden na in zijn hoofd. ‘Wie gebruik maakt van onze grond moet betalen.’ Herre dacht aan het meisje dat hij vanmorgen bij de IJssel had betrapt. De geitenhoedster. Hij had haar vanaf de veerboot al in het oog gekregen en op dat moment besloten van de weg af te wijken om haar aan te spreken. Misschien dacht ze dat niemand haar kon zien op dat verlaten stuk, maar ze viel vanaf het water nogal op met die witte geiten. Pas toen hij eenmaal naast haar stond, had hij haar herkend. Het was het meisje dat Zweder zo bruut onderuit getrapt had, twee dagen geleden. Het was maar goed dat hij de nieuwe ontmoeting niet aan Zweder had verteld. Die was in staat om het kind op te sporen en de geiten in beslag te nemen. Was dit nou het ridderschap waar hij naar verlangd had? Zou dit het leven zijn dat zijn voor ogen had gehad, toen hij hem als page aan Zweder van Voorst had gegeven? Zijn vader had toch ook wel geweten hoe zijn neven van de Stins hun gebieden bestuurden? Uiteraard was de ridderlijke adel hoog verheven boven boeren en burgers en hadden die maar te doen wat hun opgedragen werd. Maar had je als ridder ook niet een plicht om de lagere stand te beschermen? (blz. 36)

Herre is page bij ridder Zweder. Zweder woont op een kasteel buiten Zwolle. Hij is geen aardige man . Dat vindt Herre ook, maar hij wil heel graag ridder worden. En om ridder te kunnen worden moet je beginnen als page. Zweder wil een kasteel terug veroveren en bedenkt een aanvalsplan. Zullen de bewoners van Zwolle hier last van krijgen?

Ondertussen vindt Meike het heerlijk om elke dag naar de uiterwaarden te wandelen. Daar ontmoet ze Jorrik, een jongen van haar leeftijd. Als Meike vertelt dat ze buiten de stadsmuur woont denkt Jorrik dat haar vader boer is.

‘Is je vader boer?/
‘Nee. Niet iedereen buiten de muur is boer!’ Meike verheft haar stem, licht beledigd over zoveel kortzichtigheid. ‘Mijn vader is timmerman. Lid van het gilde. Maar juist voor een timmerman is een houten huis voor de hand liggend.’
Jorrik knikt weer, maar ditmaal begreep hij het echt.
‘En jij?’ vroeg Meike na een korte pauze. ‘Ga jij het klooster in?’
‘Het klooster?’ herhaalde Jorrik met klem. De verbazing was voelbaar.
‘Ja, je zingt toch in het kerkkoor?’
‘O, dát.’ Jorrik glimlachte. ‘We hebben een goed beeld van elkaar. Ik denk dat jouw vader boer is, en jij denkt dat ik het klooster in ga.’ Hij stond op en liep de paar meter naar de waterrand waarlangs de dijk slingerde. Hij was zich bewust hoe weinig hij wist van de mensen buiten de stadsmuur. Van de arbeiders. Hij had nog nooit met een van hen gesproken. En nu was er dit meisje. Vol temperament. Dat tegen hem sprak alsof ze gelijken waren. Eigenlijk brutaal en onbeleefd, maar hij vond het leuk. Hij pakte een platte steen van de grond en ketste die over het gladde water. De steen stuiterde drie keer.
Jorrik plofte weer naast Meike neer. ‘Nee, dat ik in de kerk zing, betekent niks. Ik zit op de Latijnse school. Dan kom je automatisch in het kerkkoor. Een kloosterleven is wel het laatste wat ik zal kiezen. Als ik al iets mag kiezen.’
‘De Latijnse school!’ pikte Meike eruit. ‘Die naast het stadhuis? Dus je bent een slimme jongen.’
‘Nou ja, mijn vader is wethouder. In onze kringen gaan alle jongens naar de Latijnse school. Maar slim… In elk geval slim genoeg om niet in Zwolle te blijven.’ Jorrik ging staan en pakte zijn polsstok weer op. ‘Volgend jaar ga ik studeren in het buitenland. Dan ga ik naar Italië misschien. Of Frankrijk.’ (blz. 46)

Het is duidelijk dat Meike en Jorrik in een heel ander milieu zijn opgegroeid. Toch worden ze vrienden en proberen elkaar zo vaak mogelijk te zien buiten de stad. Maar dan staat ’s nachts de stad in brand. De stad raakt hierna in oorlog met Zweder. Kunnen Meike en Jorrik nog met elkaar omgaan? Overleeft Zwolle de oorlog met Zweder?


Voorleesfragment

Bij dit boek is een voorleesfragment gemaakt. Klik op het plaatje hieronder om het begin van het boek te horen.
Of klik hier om naar mijn YouTube-kanaal te gaan.

Mening over het boek

Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Hoe kom je aan het boek?
gekregen als recensieboek van de uitgeverij
Wat vind je van het boek?
★★★★☆
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant, Ik vond de tekst op de achterkant leuk
Welke steekwoorden passen bij het boek?
avontuurlijk, realistisch, spannend, verrassend, zielig
Staan er illustraties in het boek? Wie heeft ze gemaakt? Wat vind je van de illustraties?
De zwart-wit illustratie van het kasteel en de kaarten zijn gemaakt door Joke Eikenaar
Is het boek moeilijk of gemakkelijk te lezen?
Gemiddeld
Waar gaat het verhaal over?
zie hierboven
Wie is de hoofdpersoon?
Meike
Zou je iemand uit het verhaal willen ontmoeten? Waarom? En wat zou je dan gaan doen?
ik wil Meike ontmoeten omdat ze een leuk en dapper meisje is
Waar speelt het verhaal zich af?
het verhaal speelt zich af in Zwolle en omgeving
Wat vind je leuk aan dit boek?
het is een spannend en interessant verhaal dat zich afspeelt in de 14e eeuw
Wat vind je niet leuk aan dit boek?
x
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
ik las vroeger alle boeken van Thea Beckman en ik denk dat ik dit boek ook graag had gelezen
Voor wie zou dit een leuk boek zijn?
Voor iedereen vanaf 12 jaar die houdt van spannende historische verhalen
Wil je het boek nog een keer lezen?
Ik wil het boek misschien nog een keer lezen, Ik wil andere boeken van deze schrijver lezen