Kevin Brooks – Bunkerdagboek (1e recensie)

‘Ik snap niet dat ik erin ben getrapt. Toen ik vanmorgen wakker werd was het nog donker. Zo gauw ik mijn ogen opendeed wist ik waar ik was. Een rechthoekig, helemaal witgeschilderd betonnen gebouw met een laag plafond. Aan de grote gang liggen zes kleine kamers. Er zijn geen deuren. Geen ramen. Erin of eruit kan alleen met de lift. Wat gaat hij met me doen? Wat moet ik doen?’

Over het verhaal
Dit is wat ik weet. Ik ben in een rechthoekig, compleet witgeschilderd betonnen gebouw met een laag plafond. Het is ongeveer twaalf meter breed en achttien meter lang. In het midden loopt een gang en iets meer dan halverwege haaks daarop een kleinere gang die naar een liftschacht voert. Aan de grote gang liggen zes kleine kamers, drie aan elke kant. Ze hebben allemaal dezelfde afmeting, drie bij vijf en in elke kamer staat ene bed met ijzeren spijlen, een stoel met rechte rugleuning en een nachtkastje. Aan het ene eind van de gang is een badkamer en aan het andere eind een keuken. Tegenover de keuken, in het midden van een open ruimte, staat een rechthoekige houten tafel met zes houten stoelen. In elke hoek is een L-vormige bank.
Er zijn geen deuren. Geen ramen. Erin of eruit kan alleen met de lift. (blz. 5)
Linus blijkt in een bunker te zitten. Helemaal alleen. Hij schrijft zijn gedachten op in een dagboek. Zo komen we er als lezer achter hoe hij hier terecht is gekomen.
Het is nu bijna middernacht. Ik ben hier nu al bijna veertig uur. Klopt dat? Ik geloof het wel. In elk geval ben ik hier al een hele tijd en is er niets gebeurd. Ik ben er nog. Ik leef nog. Staar nog naar de muren. Schrijf deze woorden. Denk na.
Er zijn talloze vragen bij me opgekomen.
Waar ben ik?
Waar is de blinde?
Wie is hij?
Wat wil hij?
Wat gaat hij met me doen?
Wat moet ik doen?
Ik weet het niet.
Goed, wat weet ik wel?
Ik weet dat ik niet gewond ben. Ik ben helemaal heel. Armen, benen, handen, voeten. Alles doet het.
Ik weet dat ik honger heb.
En dat ik bang ben.
En in de war.
En boos.
Mijn zakken zijn leeggehaald. Ik had een briefje van tien in een van mijn sokken verstopt en dat is nu weg. Hij moet me hebben gefouilleerd.
Klootzak. (blz. 13)
Na een paar dagen komt er iemand bij in de bunker. Het is Jenny, een meisje van een jaar of 8. Ze is ontvoerd terwijl ze onderweg was naar school. Linus ontfermt zich over haar en probeert haar te beschermen. Van hun ontvoerder hebben ze nog niets gehoord of gezien.
In de bunker is plaats voor zes mensen en op een gegeven moment zijn alle bedden en kamers bezet. Geen van hen weet precies hoe hij of zij in deze bunker is terechtgekomen. Op een dag staat er een doos in de lift met daarin o.a. drank en sigaretten. Alle volwassenen draaien door en geven toe aan hun verslavingen…
Ik heb een tijdje niets geschreven. Nergens om eigenlijk. Er waren een paar dingen waar ik over na moest denken. Ik wilde mijn hoofd leegmaken. Dingen op een rijtje zetten. Gewoon even op mezelf zijn.
Je hebt niet veel gemist.
De drank en de drugs zijn allemaal verdwenen. De sigaretten zijn allemaal opgerookt en nu betalen we met zijn allen de prijs. Fred is weer de hele dag aan het loeien en kermen en Anja en Bird hebben een kater en een rothumeur. Het huis is een puinhoop. Niemand heeft iets schoongemaakt. De wc stinkt. Het corvee is vergeten. Niemand kan het meer schelen. Avondvergaderingen zijn er niet. We praten niet over ontsnappen. We praten nergens meer over. (blz. 107)
De dagen verstrijken en er verandert niets in hun situatie. Wanneer komen ze weer vrij? Waarom zijn ze ontvoerd? Wie is hun ontvoerder?
Het is te vermoeiend om te schrijven. Te deprimerend. Het is al erg genoeg om je zo te voelen zonder er ook nog eens over te moeten schrijven. Maar iets wil ik wel kwijt: ik ben het zat om honger te hebben. Het doet niet echt pijn meer, ik lijd er niet zwaar onder. Eigenlijk is de lichamelijke pijn nauwelijks het noemen waard. Honger is meer een verlangen dan een lijden. Maar het zit er de hele tijd en het knaagt diep vanbinnen aan me als een worm. Ik haat het.
Het is een moeilijk gevoel om te beschrijven.
Denk hoe het voelt als je een tijd niet hebt gegeten. Denk aan leeg. Aan de kuil in je maag. Het achterste van je keel. Droog en leeg. Denk aan jezelf als krimpend.
Denk dan aan honderd keer erger. (blz. 213)
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Heb je het boek uitgelezen?
Ja
Wat vind je van het boek?
★★★★★ – geweldig
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant. Ik vond de tekst op de achterkant leuk. Andere mensen zeiden dat het een leuk boek is. Ik heb het boek gelezen voor de YA book club van Donner Rotterdam & Bored to Death book club.
Welke steekwoorden passen bij het boek?
eng, fascinerend, geheimzinnig, realistisch, spannend, zielig
Hoe kom je aan het boek?
Geleend bij de bibliotheek
Zitten er plaatjes (illustraties) in het boek?
Nee
Wat vind je leuk aan het boek? Je kunt bijvoorbeeld een leuk stukje uit het boek overtypen
Leuk is bij dit boek niet het juiste woord, maar fascinerend wel. Hierboven staan een aantal mooie citaten
Is er iemand uit het boek die je in het echt zou willen ontmoeten? Wat zou je dan samen gaan doen?
Nee
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Ik vond het een verbijsterend boek. Ik heb het boek bijna met ingehouden adem zitten lezen en voelde me alsof ik midden in een aflevering van een serie zoals Criminal Minds terecht was gekomen. Het onderwerp is verschrikkelijk en tijdens het lezen voelde het bijna alsof ik er zelf bij was. Als je het boek uit hebt blijf je als lezer met veel vragen achter waar je geen antwoord op gaat krijgen
Is het boek moeilijk of gemakkelijk om te lezen?
Gemiddeld
Zitten er moeilijke woorden in het boek?
Ja
Kun je een voorbeeld geven van moeilijke woorden? Wat heb je gedaan toen je deze woorden tegenkwam?
Veekraal, smorende hitte
Wil je het boek nog een keer lezen?
Ik wil het boek misschien nog een keer lezen. Ik wil andere boeken van deze schrijver lezen
Aan wie zou je dit boek aanraden? (bijvoorbeeld kinderen van jouw leeftijd, jonger, ouder, jongens, meisjes)
Aan iedereen vanaf 15 jaar die een spannend, zielig en realistisch verhaal wil lezen. Ik vond dit één van de beste boeken die ik dit jaar heb gelezen