Hayley Barker – Showstopper (1e recensie)
Hoshiko is de sterattractie van het gevaarlijkste circus van Engeland, waar kinderen van immigranten moeten optreden met gevaar voor eigen leven. De heersende, autochtone elite is dol op de show. Hoe gruwelijker, hoe beter. Wanneer Ben, zoon van een machtig minister, voor het eerst de show bezoekt, wordt hij op slag verliefd op Hoshiko. Maar terwijl zij adembenemende kunsten op het hoge koord vertoont, wachten onder haar hongerige leeuwen. Kan Ben haar helpen ontsnappen uit deze gevangenis? En heeft hij de moed het systeem aan te klagen dat zijn moeder als minister in stand houdt?
Over het verhaal
Het geschreeuw van het publiek gonst en bonst in mijn hoofd terwijl ik balancerend boven hen uittoren. Ik bevind me op zo’n dertig meter hoogte, maar als ik mijn best doe kan ik afzonderlijke gezichten onderscheiden in de zee van lichamen beneden.
Ik begin te slingeren. Heen en weer, naar achteren en naar voren. Ik maak al vaart, ga steeds sneller, en dan vind ik mijn ritme: naar achteren en naar voren, naar achteren en naar oren.
Helemaal alleen ben ik, alleen met de afsprong en de diepte. Als ik te vroeg loslaat, kan ik niet bij het koord. Als ik te laat ben, scheer ik er zo overheen.
Precies wanneer mijn lichaam zich horizontaal bevindt, trek ik mijn beide benen in en zwaai ze omhoog. Ik hurk op het koord, mijn beide voeten vinden grip terwijl de trillingen van het koord wegsterven. Langzaam maar zeker wordt mijn ademhaling weer kalm en regelmatig. Nu ben ik weer in mijn element, nu heb ik de macht weer in handen. Tijd om ze te geven wat ze willen.
Terwijl ik zonder moeite mijn evenwicht bewaar, til ik één been op van het koord: hoger, nog hoger, totdat mijn benen één verticale lijn vormen. Ik buig voorover, mijn lichaam vormt een enorme hoofdletter T. Even blijf ik zo balanceren en dan maak ik een salto en nog een en nog een. Steeds opnieuw land ik met mijn voeten op het koord. (blz. 7)
Hoshiko is koorddanser in het Circus. Ze is een Droesem. Dit betekent dat ze geen zuiver Engels bloed heeft, maar dat haar voorouders uit een ander land kwamen. Het is inmiddels bijna 50 jaar geleden dat er in Engeland een scheiding kwam tussen de Zuiveren en de Droesems. Droesems wonen in achterbuurten, mogen niet naar school of werken. Ze leven in armoede. Regelmatig worden er kinderen ontvoerd om in het Circus te werken. Zo is Hoshiko hier ook terecht gekomen.
De lucht is gitzwart als we klaar zijn. Mijn handen bloeden en ik sta te trillen op mijn benen als we de slaapzalen in worden geduwd. De deur valt achter ons in het slot.
Eindelijk: zes uur zonder bewakers, zonder Silvio, zonder Zuiveren. ’s Nachts nemen ze de moeite niet om te surveilleren. Omdat dat heel wat geld bespaart, denk ik, en bovendien kunnen we toch nergens heen.
Ik speur de zaal af naar Greta en Amina, terwijl ik alle anderen in me opneem. Op het eerste gezicht hebben we niets met elkaar gemeen. Dit vreemde circus bestaat uit mensen met verschillende huidskleuren en verschillende geloofsovertuigingen. Maar als je beter kijkt, lijken we meer op elkaar dan je zou verwachten.
Zelden bereikt een lid van het Droesemcircus de volwassen leeftijd, dus bijna iedereen is jong maar ziet er ouder uit dan hij eigenlijk is. Elk gezicht is getekend door zorgen en uitputting, zelfs dat van de allerkleinste kinderen, en bijna alle lichamen worden ontsierd door littekens en verwondingen, het fysieke bewijs hoe gevaarlijk ons werk is.
In een andere wereld zouden we allemaal ons eigen pad bewandelen, maar hier vormen we een eenheid. We delen ons bestaan: dezelfde zorgen, dezelfde ellende, dezelfde wrok. We steunen elkaar waar we kunnen, proberen waar mogelijk elkaars lasten te dragen. Zij zijn nu mijn familie – de enige familie die ik me nog goed kan herinneren. (blz. 21)
Ben is een Zuivere. Zijn moeder is Vivian Baines en zij is als minister verantwoordelijk voor het Droesemprobleem. Zij ziet Droesems niet als mensen, maar als een soort van ratten. Het liefst wil ze hen allemaal uitroeien. Ben heeft altijd geleerd dat Droesems slechte mensen zijn, omdat ze zichzelf niet kunnen beheersen en slecht geboren zijn. Dat heeft hij ook altijd geloofd. Toch vraagt hij zich wel eens af of het allemaal zo zwart-wit is.
Soms als ik in mijn kamer zit te lezen of te tekenen of uit het raam zit te staren, heb ik het gevoel dat ik op ontploffen sta. Alles in mijn leven is zo veilig, geregeld en gecontroleerd. Mijn eten wordt voor me bereid, mijn kleding belandt vanzelf netjes gestreken in mijn kast en ik word naar school gebracht en weer opgehaald in een auto met airconditioning door een bestuurder die me ‘meneer’ noemt, terwijl ik zijn naam niet eens ken.
Ik heb zelfs geen echte vrienden meer sinds dat hele securitygedoe is begonnen. Ik bedoel, iedereen is heus wel aardig tegen me op school. Ik word niet gepest of buitengesloten of zo, maar het is niet meer zoals vroeger.
De uitnodigingen voor feestjes houden vanzelf een keer op als je ze maar lang genoeg keer o keer beleefd moet weigeren. En als je nooit eens mee kunt spelen in een uitwedstrijd, verlies je ook je plaats in het voetbalteam.
Mijn vader was altijd al vrij afstandelijk. Aanwezig maar afwezig, als je begrijpt wat ik bedoel. In stilte en van een afstandje dol op ons. Maar mijn moeder is niet altijd zo geweest. Toen ik jonger was, was ze altijd bij ons, zoals alle andere normale moeders. Elke voorstelling, elke sportdag, elke voetbalwedstrijd – ik hoefde maar op te kijken en daar zat ze, zwaaiend aan de zijlijn. Ze bracht ons elke dag naar school, haalde ons ook weer op en daarna aten we samen. Ik vond dat te vanzelfsprekend, denk ik, ik nam aan dat ze altijd zo dicht bij ons zou zijn.
Nu is dat wel anders. Ik kan me niet meer herinneren wanneer ze voor het laatst interesse toonde in iets wat Francis of ik deed. Ze werkt dag in, dag uit en zelfs als ze wel thuis is, zie je ene bepaalde afstand in haar blik, alsof ze in gedachten heel ergens is. Ze reageert zo geïrriteerd op onze ’triviale vraagjes’ dat ik gestopt ben ze te stellen.
Ik zit er niet echt mee, ik ben natuurlijk geen kind meer, ik heb haar niet meer nodig zoals vroeger. En het gaat trouwens allemaal ook veel gemakkelijker sinds ze Priya heeft aangenomen.
Het is eigenlijk idioot dat van alle mensen juist een Droesembediende meer in mijn leven geïnteresseerd is dan mijn eigen moeder, maar als ik naar beneden sluip om met Privya te praten, helpt dat bijna altijd om dat lege gevoel in mij te sussen. (blz. 51)
Op de openingsavond van het Circus in Londen zit Ben in de skybox, samen met zijn tweelingbroer en ouders. Hij is ontzettend benieuwd wat ze te zien zullen krijgen. Ademloos kijken ze naar de voorstelling van Hoshiko. Maar dan gebeurt er iets… en Hoshiko valt. Gelukkig kan ze er met een sprong voor zorgen dat ze in de skybox land en niet op de grond te pletter valt. Zonder na te denken helpt
Ik verlies mijn grip, ik houd het niet langer. Eerst glijdt mijn ene voet weg, dan ook de andere. Ik werp mezelf naar voren en land hard in de skybox. Er worden kreten van afschuw geslaakt en de bewakers duwen iedereen bij mij uit de buurt.
Dit is nog nooit gebeurd. Een Droesem die in de skybox van de vips terechtkomt. En dan net vanavond, de avond waarop Vivian Baines aanwezig is. Wat gaat Silvio nu doen? Ik ben niet dood, zoals hij wilde. Ik ben hier, bij de Zuiveren, die ik besmet met mijn aanwezigheid.
Ik kijk omhoog, naar het koord dat boven mijn hoofd verlokkelijk heen en weer zwaait. Misschien kan ik er net bij en mezelf terug omhooghijsen. Nee, dat gaat niet, het is te ver weg.
Plotseling staat die jongen voor me. Hij steekt zijn hand naar me uit, voorzichtig, maar vriendleijk lachend. ‘Het is oké,’ fluistert hij. ‘Laat me je helpen.’
Hij zet een stap dichterbij. ‘Ik ga je optillen. Ik tel tot drie, oké? En dan pak jij het koord beet.’
Achter me klinkt een snerpende fluittoon. Als ik hier nog veel langer blijf staan, schieten ze me neer. Ik ben een gevaarlijk wild dier, onbetrouwbaar en woest, en ik ben ontsnapt uit mijn kooi. (blz. 76)
Ben raakt gefascineerd door Hoshiko en hij wil haar weer ontmoeten. Hij beweert dat hij een opdracht voor school over het Circus moet doen en krijgt toestemming van zijn ouders om de volgende dag naar het Circus te gaan om rond te kijken. Hij hoopt Hoshiko weer te zien en haar wat vragen te kunnen stellen. Het is overdag en Ben ziet dat het Circus en de artiesten er minder stralend uitzien. Hij begint langzaam in te zien dat de wereld misschien anders in elkaar zit dan hij altijd heeft gedacht…
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Hoe kom je aan het boek?
gekregen van de uitgeverij om er een recensie over te schrijven
Wat vind je van het boek?
★★★☆☆
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant, Ik vond de tekst op de achterkant leuk, ik mag de schrijver interviewen
Welke steekwoorden passen bij het boek?
fascinerend, realistisch, spannend, verrassend, zielig
Staan er illustraties in het boek? Wie heeft ze gemaakt?
Nee
Wat vind je van de illustraties? Passen ze bij het verhaal?
n.v.t.
Is het boek moeilijk of gemakkelijk te lezen?
Gemiddeld
Waar gaat het verhaal over?
Zie hierboven
Wie is de hoofdpersoon?
De hoofdpersonen zijn Hoshiko en Ben
Zou je iemand uit het verhaal willen ontmoeten? Waarom? En wat zou je dan gaan doen?
Ik zou Hoshiko willen ontmoeten en haar act zien, maar liever niet in de slechte omstandigheden van het Circus
In welke tijd speelt het verhaal zich af?
In de toekomst
Waar speelt het verhaal zich af?
Het verhaal speelt zich af in het Circus dat tijdelijk in Londen staat
Waarom moeten anderen dit boek lezen?
Het is een romantisch en zielig verhaal over een toekomst waarin er een grote kloof is tussen mensen met zuiver Engels bloed, de Zuiveren, en de rest van de bevolking, Droesem
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Het verhaal begon spannend en tot voorbij de helft van het boek vond ik het een goed verhaal. Tegen het einde werd het helaas een standaard romantisch verhaal waarbij de hoofdpersonen verliefd worden en alles voor elkaar over hebben. Dat vond ik storend.
Wil je het boek nog een keer lezen?
Weet ik niet